17 mei 2024

Nooit wordt de droefheid bodemloos…

Geschreven door ditthystout

Hoe ouder een mens wordt, hoe meer men terugkijkt naar dat wat geweest is. Zelf denk ik allereerst aan mijn oma. Jong weduwe geworden en een gezin met tien kinderen. Niet zo eenvoudig, zeker niet in de twintiger en dertiger jaren van de vorige eeuw. Sinds de tijd dat ze alleen kwam te staan, kleedde ze zich, in de week in diep zwarte kleding met daarover heen een zwart schort met heel kleine witte bloemetjes. ‘s Zondags mocht het schort af. Ik heb haar nooit anders gekend. Het was een stille, lieve vrouw. Als ik bij
haar op bezoek kwam, zat ze altijd met haar voeten naar het warme fornuis in de grote woonkeuken. En ‘s zomers met haar voeten in een teiltje water. Geleund aan de tafel met daarop de bijbel, het theeblad en pepermuntjes voor haar kleinkinderen. Praten deed ze bijna niet. Ze leefde in haar eigen sombere wereld van het oudgereformeerde geloof.
Als ik aan haar weleens iets vroeg over de oorlog, dan schudde ze alleen haar hoofd. Haar zorgen in die tijd over haar kinderen beleefde ze in een zwarte stilte. Mijn vader was de op drie na jongste zoon. Tijdens de mobilisatie zat hij in dienst en na de eerste oorlogsdagen heeft hij als krijgsgevangene in een Duits kamp gevangen gezeten. Hij heeft er, net als zijn moeder nooit over willen praten. Ik weet dan ook niets over zijn leven in die oorlogstijd. Helaas. Als kind wil je ook graag weten hoe het leven van je ouders toen was.
Toen mijn zusje en ik klein waren, woonden we in Den Haag en ik herinner me meerdere 4e meidagen, dat we ‘s avonds naar de Waalsdorpervlakte gingen om daar de herdenking bij te wonen. Ik hoorde van oorlog, maar had nog geen idee wat ik me daarbij moest voorstellen. Maar de herinnering aan die herdenkingen is me altijd bij gebleven. Die grote klokken die zo zwaar beierden en daarna die doodse stilte. De strakke, bleke gezichten om ons heen, sommige nat van tranen. Het raakte me heel diep. Maar het ergste was de kou, ook al was het vier mei en prachtig lenteweer, in mijn gedachte was het altijd zo koud.
Elk jaar opnieuw, kijkend naar de herdenking op de Dam beleef ik het opnieuw. Of er ook toespraken gehouden werden zoals nu weet ik niet. De toespraken op 4 mei afgelopen jaren van o.a. Roxane van Iperen maakte heel duidelijk hoe belangrijk en hoe moeilijk herdenken en gedenken is voor ons allemaal of we de oorlog nu meegemaakt hebben of niet. Dat we het lijden, het verdriet diep tot in onze ziel moeten voelen, of zoals zij het zegt: “Afdalen, stil zijn en alle stemmen aanhoren, ook de diepste uithalen van smart en van angst, dat vergt rouwarbeid.
Ieder jaar op 5 mei vieren we de vrijheid, de dag ervóór mag het gisten tot het pijn doet. Wat is dat moeilijk, wat vraagt dat ontzettend veel van ons allemaal. Maar we moeten het doen: ”Opdat wij niet
vergeten.”
Hopelijk kan het lied van Sytze de Vries ons helpen:

Nooit wordt onze droefheid bodemloos:
God houdt zijn handen open
en heel ons leven, doods en broos,
draagt Hij door vrees en hopen.
Herinnert Hij zich niet hun naam
als wachters op de morgen?
Die in de nacht zijn voorgegaan
zijn in zijn trouw geborgen.


De naam, waarmee zij zijn genoemd
staat in Gods hand geschreven
en zal door alle donker heen
toch onuitwisbaar leven.
In Christus blijft die naam bewaard,
naar Hem blijven zij heten.,
totdat de droom verkeert in zien,
geloven wordt tot weten.

Gerelateerd